Kimi Räikkönen vindt dat de rivaliteit tussen Lewis Hamilton en Max Verstappen groter wordt gemaakt dan het daadwerkelijk is. De oorzaak zou volgens de Fin liggen bij de Formule 1, maar ook de media.
De strijd tussen de twee titelkandidaten wordt al vergeleken met Formule 1-legendes uit het verleden, zoals Arton Senna en Alain Prost in de jaren tachtig en negentig. Die twee hadden het ook geregeld met elkaar aan de stok. Botsingen, duels op de baan en ruzies waren de normale gang van zaken. Zo hoog lopen de emoties dit jaar in ieder geval niet op.
De Alfa Romeo-coureur heeft zelf ook tegen Hamilton, maar ook Fernando Alonso gevochten in 2007. Hij kwam uit dat gevecht als winnaar naar boven en wist zijn eerste en enige wereldkampioenschap te pakken. Volgens de Fin is het dit seizoen minder intens dan zijn eigen gevecht om de titel, maar dan vooral omdat hij zelf niet betrokken is bij de strijd.
Geen voorkeur
De enkelvoudig wereldkampioen heeft geen voorkeur: “Voor mij maakt het niet uit.” Hij vervolgt nuchter: “Wie aan het einde van de laatste race de meeste punten heeft, zal winnen.” Hij ziet dan ook dat er vooral van buitenaf een strijd wordt gecreëerd: “Ik denk dat er al veel over is geschreven en ik denk dat er een groot verhaal van is gemaakt, maar dat ligt aan F1 en de media.”
Er was niets geks in São Paulo
Räikkönen ziet ook in het incident tussen de titelrivalen in São Paulo geen straf. “Ze hebben elkaar niet aangeraakt, dus er valt eigenlijk niet veel over te zeggen”, zegt de Fin. Hij benadrukt dat het in het verleden weleens heftiger was: “Ik denk niet dat er iets geks was. Ik heb veel ergere dingen gezien. Ik ben betrokken geweest bij ergere dingen.”