Spa maakt zich geen zorgen om Zandvoort: "Nederlandse fans genoeg"

Melissa van Dartel 11 sep 2019 17:55Woensdag 11 september 2019 17:55

Met de GP van Zandvoort op de kalender voor 2020 hoeven Nederlanders niet meer af te reizen naar Spa-Francorchamps om Max Verstappen live te zien scheuren over een circuit. Betekent dit dat de populaire baan in de Belgische Ardennen mogelijk inkomsten mis gaat lopen in de toekomst?

Afgelopen jaar begaven nog ruim 90.000 supporters zich naar de Ardennen om op zondag de strijd om de grote prijs van België bij te wonen. Velen van hen trokken vanuit Nederland om de Red Bull-coureur met startnummer 33 aan te moedigen. Op de vraag of Spa vreest het ‘Oranje leger’ volgend jaar te verliezen aan de Nederlandse concurrent, reageert Stijn de Boever, commercieel directeur van de Belgische Grand Prix, als volgt: “Wij maken ons niet druk, Nederlandse fans zijn er genoeg.”

Met de komst van Zandvoort verwachten ze in België juist dat de achterban van Max Verstappen alleen nog maar zal toenemen. “Nederlanders gaan overal naartoe, daarnaast behoort Spa voor veel van de coureurs tot hun favoriete circuits om te rijden, dus ik verwacht dat de tribunes volgend jaar na de zomerstop gewoon weer oranje kleuren,” reageert de Boever tegenover Motorsport.com.

Toch geeft de organisatie aan het voortbestaan van de Belgische Grand Prix niet af te laten hangen van de Nederlandse fans. Om meer inkomsten te genereren wordt er volgend jaar een heuse familiecamping opgericht. “Kindvriendelijk en een all-inclusive prijs, dat is makkelijk voor de bezoekers.” Het circuit draait al jaren verlies, maar vanwege de voordelen die het evenement op economisch vlak met zich meebrengt, heeft de Waalse overheid tot op heden het verschil altijd aangevuld.

“We proberen meer bedrijven aan ons te binden, zij kunnen investeren in ruil voor reclame,” kijkt de Boever vooruit. Echter staat voorlopig eerst het aanpassen van het circuit op de planning. “We zijn dan wel een historisch circuit, maar we kunnen niet achterblijven. We moeten blijven moderniseren en dat gaat flink wat geld kosten.” Dat het wat geld gaat kosten is zeker, maar de Boever vindt het de investering waard. "We willen er nog zeker tien jaar bij zijn," sluit hij af.