Hoe Alonso niet zes, maar slechts twee wereldtitels heeft weten te pakken

Tweevoudig wereldkampioen Fernando Alonso kan terugkijken op een carrière waar meer in had gezeten. Natuurlijk, de Spanjaard maakte dit jaar zijn rentree bij Alpine en het Franse team kan hem volgend jaar mogelijk een wagen geven waar hij mee om de titel kan strijden. Maar de Spanjaard is vaak genoeg als tweede geëindigd, waar het achteraf niet echt nodig was. In dit artikel kijken we terug naar de gemiste kansen van de Spanjaard en hoe zijn wereld eruit gezien als hij net een beetje meer geluk had.

In 2007 werd Ferrari’s Kimi Raikkonen voor het eerst wereldkampioen op één punt van de nummer twee en drie, Lewis Hamilton en Fernando Alonso. De Spanjaard viel tijdens de Grand Prix van Japan uit, dat dit jaar op Fuji werd gehouden. In regenachtige omstandigheden zocht de tweevoudig wereldkampioen naar grip. In zijn zoektocht naar grip verloor hij de wagen en knalde rechtsaf de muur in. Het betekende nul punten, terwijl hij binnen de top zeven reed. Dat jaar werd er een punt gegeven als je als achtste over finish kwam. Had Alonso zijn bolide heel gehouden, dan had hij waarschijnlijk aan het einde van het seizoen, de kampioenschapsbeker omhoog kunnen houden.

BrawnGP

Als Renault-coureur werd Alonso, in 2009, uiteindelijk negende in het wereldkampioenschap. Waarom staat 2009 dan toch in dit lijstje? Honda had een eigen team in 2007 en 2008. Die auto’s konden echter geen potten breken. Daarom hadden de Japanners voor 2009 een nieuw concept bedacht. Ze trokken nog voor het seizoen startte de stekker uit het project en Ross Brawn kon het team voor het symbolische bedrag van 1 Britse Pond overnemen. Brawn nam na de overname contact op met Alonso om voor zijn team te rijden. De Spanjaard zag geen heil in het project en bleef bij Renault om het jaar erop, in 2010, over te stappen naar Ferrari. Jenson Button werd dat jaar wereldkampioen in de BrawnGP-bolide. Het zou ook de enige titel van de Brit betekenen.

2010 was het eerste jaar van de Spanjaard in Ferrari-kleuren. Het bleek een goede combinatie te zijn, maar net niet goed genoeg. Met twee uitvalbeurten in dat seizoen in Maleisië en in België was het er één te veel. In Maleisië had de tweevoudig wereldkampioen last van technische problemen, waardoor hij een DNF achter zijn naam kreeg. In België kon de Spanjaard zijn Ferrari niet op de baan houden tijdens natte omstandigheden. Hij verloor de controle over de auto en brak bij het ongeluk zijn stuurstang af. Kostbare punten waren verloren, zo bleek achteraf. Sebastian Vettel pakte met Red Bull in 2010 zijn eerste wereldtitel op slechts vier punten.

2012

Het derde jaar bij Ferrari en Alonso had weer een kans op het wereldkampioenschap. Dat jaar kende hij twee DNF’s. De eerste was op het circuit in Spa-Francorchamps. Nog geen twintig seconden nadat de startlichten uitgingen klom de Spanjaard, een beetje geschrokken, uit zijn bolide. Een enorme carambolage in de La Source hairpin betekende het einde voor Alonso’s race, waar hij kostbare punten liet liggen. Op Suzuka maakte de Spanjaard eigenhandig een einde aan zijn race. Ook bij start, maar ditmaal iets verderop, probeerde de Ferrari-coureur buitenom in bocht één zijn collega’s in te halen. Hij verloor de controle over het stuur en spinde de baan af. Hij zou zijn weg kunnen vervolgen, ware het niet dat de motor was afgeslagen. Het betekende het einde van zijn race. Ook dit jaar ging Sebastian Vettel er met de titel vandoor. Voor de Duitser betekende het de derde titel op rij. Ook voor Alonso had het nummer drie kunnen zijn.

Deze titels bij elkaar opgeteld en we hadden Alonso vandaag de dag een zesvoudig wereldkampioen genoemd.

Gerelateerd

Side hustle

Teambaas Max, ijscoman Charles en designer Lewis: het ondernemersleven van de coureurs

• 17 april 2024 16:30

Grand Prix van China

Zo zag de Formule 1-wereld eruit tijdens de laatste Grand Prix van China in 2019

• 17 april 2024 08:07
• 4