close global

Welcome to GPFans

CHOOSE YOUR COUNTRY

  • NL
  • GB
  • ES-MX
  • US
  • NL
Achtergrondinformatie Aston Martin

Achtergrondinformatie Aston Martin

Achtergrondinformatie Aston Martin

Achtergrondinformatie Aston Martin

Aston Martin; van noodlijdend team tot succesvolle formatie

De legendarische naam Aston Martin keerde in 2021, na een afwezigheid van ruim 61 jaar officieel terug als fabrieksteam in de Formule 1. Een groot moment voor zowel de liefhebbers van de Formule 1, als het personeel van het team uit Silverstone. Aston Martin is namelijk gevormd uit het voormalige team van Racing Point en heeft door de jaren heen flink wat identiteiten gehad.

De geschiedenis van Aston Martin is terug te herleiden naar 1991. Op dat moment stond het team bekend als Jordan Grand Prix. Eigenaar Eddie Jordan zette het team te koop en uiteindelijk werd het in 2005 gekocht door de Midland-groep. Deze doopte het team om tot Midland F1 Racing, al was dit slechts voor korte duur. Tegen het einde van 2006, na slechts één jaar, werd het team namelijk weer verkocht aan Spyker. Het duurde echter niet lang voordat het team wéér in de verkoop werd gegooid vanwege financiële beperkingen. De vraagprijs was € 88 miljoen, veel meer dan aanvankelijk was betaald, en dit zorgde ervoor dat het team in handen kwam van de Orange India Holdings-groep. Aan het hoofd stond de miljardair en Indiase zakenman Vijay Mallya en bestuurslid Michiel Mol.

Het kwam nog niet echt op gang

Afgezien van de naam en het kleurenschema veranderde er weinig in het seizoen van 2008; Colin Kolles bleef aan als teamleider, Michiel Mol als directeur van F1 Racing en Mike Gascoyne als chief technology officer. Het team slaagde er niet in noemenswaardige resultaten te behalen of kampioenschapspunten te scoren; Adrian Sutil kwam het dichtst in de buurt en bereikte bijna de vierde positie tijdens de Grand Prix van Monaco tot hij van achteren werd geduwd door Kimi Räikkönen die hem dwong om zich slechts tien minuten voor het einde van de race terug te trekken.

Een bescheiden begin

Vóór de start van het seizoen van 2009 vond er een verandering van het management plaats waarbij Mallya de rol van teambaas op zich nam. Het team tekende ook een deal om Mercedes-motoren te gebruiken, maar dit hielp niet om de financiële positie van het team te versterken, en na 10 races in het seizoen had het team nog steeds geen punten gescoord. Het tij keerde in België toen Giancarlo Fisichella uiteindelijk punten scoorde voor het team. Hij bereikte op indrukwekkende wijze de tweede plaats op het podium en pakte acht punten voor het team. Om niet achter te blijven, volgde Sutil dit op met een vierde plaats in Italië om nog eens vijf punten aan de telling toe te voegen. Met in totaal 13 punten eindigde Force India op de negende plaats in het constructeurskampioenschap, nog voor Toro Rosso. In 2010 verliep het seizoen op een soortgelijke manier, met een sterke auto op circuits waar een goede topsnelheid belangrijk is. Twee vijfde plaatsen van Sutil waren echter het beste dat het team bereikte. Met een iets beter afgewerkte wagen kon het team echter wel reguliere punten pakken, maar met een verschil van slechts één punt verloor het team de zesde plaats in het constructeurskampioenschap aan Williams.

Kleine tegenslag

In 2011 had het team een ietwat consistentere auto, in de hoop op elk circuit punten te kunnen scoren. Terwijl de start van het seizoen traag was, had de VJM04 een goede basislijn. Dit zorgde ervoor dat de resultaten verbeterden naarmate het jaar vorderde, waardoor Force India nek aan nek racete met Renault voor de vijfde plaats in het klassement. Ze misten op een haar na de vijfde plaats en zakten in 2012 terug naar de zevende plaats omdat ze er niet in slaagden de vooruitgang van het jaar ervoor te evenaren. Dit terwijl de coureurs Nico Hulkenberg en Di Resta elk een vierde plaats behaalden. In 2013 keerde Sutil terug in de plaats van Hulkenberg. Het team steeg een plaats naar een zesde plaats, ondanks het feit dat het niet opnieuw een podiumwinst wist te bemachtigen. Hulkenberg bleef aan in 2014 en werd vergezeld door Sergio Perez, die de vertrekkende Di Resta verving.

Eerste financiële problemen

Tijdens zijn eerste jaar wist Pérez het team aan de eerste podiumplaats sinds Spa in 2009 te helpen, door derde te worden in Bahrein. In Oostenrijk behaalde hij zelfs de derde beste tijd uit de geschiedenis van het team. Het daaropvolgende jaar bleven beide coureurs in het team. Het team miste echter de wintertest, naar eigen zeggen omdat er tegenvallers waren tijdens de ontwikkeling van de Force India VJM08. Het werd later echter bekendgemaakt dat het team in zware financiële nood verkeerde en dat de ontwikkeling van de wagen vertraging opliep omdat leveranciers niet betaald werden. Het ging daarom een aantal races moeizaam, maar ze kwamen uiteindelijk terug met een verbeterde auto van 2014. Tijdens de Britse Grand Prix was de nieuwe wagen eindelijk klaar en dit was een duidelijke vooruitgang in vergelijking met de oude auto. Deze nieuwe auto zorgde ervoor dat Force India in totaal 136 punten scoorde en een vijfde plaats behaalde in het constructeurskampioenschap. Gezien de financiële problemen van het team was dit een uitmuntende prestatie.

Einde Force India

Het seizoen van 2016, met opnieuw Hulkenberg en Perez in de hoofdrol, was het meest succesvolle seizoen van het team. Ze werden vierde in het klassement met 173 punten. Voordat het volgende seizoen begon, verliet Hulkenberg het team voor Renault. Hij werd vervangen door Esteban Ocon. Ook was er een nieuwe deal met BWT voor 2017. Ondanks een hoop botsingen en een paar schadegevallen werd Perez vierde en Ocon vijfde in het kampioenschap. Het team behaalde opnieuw een vierde plaats in het klassement en het hoogste aantal punten ooit, te weten 187. Het volgende seizoen waren dezelfde coureurs actief. De financiële moeilijkheden bleven het team echter achtervolgen en rond de Hongaarse Grand Prix had een aantal schuldeisers, waaronder Perez, actie ondernomen. Het team werd onder curatele geplaatst, waarna er naar een nieuwe eigenaar gezocht werd. Rich Energy deed een bod waarmee het team gered had kunnen worden, maar dit werd niet geaccepteerd door Force India. Ook het bod van de Russische miljardair Dmitry Mazepin werd niet geaccepteerd. Uiteindelijk kocht een consortium geleid door Lawrence Stroll de aandelen van het team. Zodoende ging de renstal vervolgens verder onder de nieuwe naam Racing Point.

Racing Point

In de tweede helft van 2018 ging het team verder onder de naam Racing Point Force India . Dankzij het faillissement van Force India was de renstal al haar punten kwijtgeraakt en zat er niets anders op dan weer opnieuw te beginnen. Het team verreed echter een ijzersterke tweede seizoenshelft en slaagde er uiteindelijk in om het seizoen af te sluiten op een zevende plek in het eindklassement.

In 2019 ging het team vervolgens door onder de noemer Racing Point . De bolide was daarbij nog net zo knalroze als in de jaren ervoor het geval was. Esteban Ocon raakte zijn zitje kwijt aan Lance Stroll, de zoon van de nieuwe teameigenaar. Het team kende geen al te best seizoen en finishte veel races buiten de punten. Uiteindelijk moest het team genoegen nemen met 73 punten en een zevende plek in het eindklassement. Aangezien Racing Point een jaar eerder hetzelfde resultaat behaald had, na slechts een half seizoen geracet te hebben, was dit zeker een reden voor teleurstelling.

De roze Mercedes

Nog voordat het Formule 1-seizoen van 2020 begonnen was, ontstond er al de nodige ophef rondom de RP20 van Racing Point. Velen waren namelijk van mening dat de bolide van Racing Point iets te veel op de Mercedes van een jaar eerder leek. Omdat men ervan overtuigd was dat de auto gekopieerd was, werd de bolide omgedoopt tot de roze Mercedes. Aangezien Renault van mening was dat Racing Point iets illegaals had gedaan, besloot het team na afloop van de Grand Prix van Stiermarken een protest in te dienen tegen de zogenaamde brake ducts. Uiteindelijk oordeelde de FIA dat er inderdaad iets niet klopte en zodoende moest Racing Point 15 constructeurspunten inleveren en 400.000 dollar betalen. De rest van het seizoen mochten ze echter wel gewoon met de onderdelen rijden.

Voorafgaand aan de Britse Grand Prix werd bekendgemaakt dat Sergio Pérez positief getest was op het coronavirus en dat hij daardoor niet mee zou kunnen doen aan de Grand Prix. Nico Hülkenberg werd daarom in alle haast opgeroepen om hem te vervangen. Helaas had de Duitser enkele technische problemen, waardoor hij uiteindelijk toch niet kon starten. Een week later, tijdens de 70th Anniversary Grand Prix, mocht Hülkenberg echter weer plaatsnemen in de bolide van Pérez, daar hij nog niet hersteld was. Later in het seizoen, tijdens de Grand Prix van Eiffel, voelde Lance Stroll zich niet goed genoeg om te racen en zodoende werd Hülkenberg weer opgeroepen om in te vallen. De Duitser deed goede zaken en scoorde voor de tweede keer in het seizoen punten. Uiteindelijk sloot Racing Point het jaar af op de vierde plek in het constructeurskampioenschap.

Rebranding naar Aston Martin

Op 1 januari 2021 is Racing Point officieel omgedoopt tot Aston Martin. Lawrence Stroll - die niet alleen de eigenaar van het team is, maar ook aandeelhouder is bij Aston Martin – besloot de beide partijen samen te voegen. Zodoende werden de roze bolides van Racing Point, ingeruild voor een in de legendarische kleur British Racing Green. Dat is echter niet de enige verandering die heeft plaatsgevonden. Het team heeft het contract van Sergio Pérez namelijk opengebroken, zodat ze viervoudig wereldkampioen Sebastian Vettel zijn plek konden geven.

Wisselvallig 2021 en 2022

De verwachtingen rondom het team van Aston Martin waren hoogespannen voor het seizoen van start ging. Helaas kon het team de belofte niet inlossen en werd het zonder noemenswaardige prestaties zevende in het eindklassement. Stroll wist vaker buiten de top tien te finishen dan erin en Sebastian Vettel kon in Azerbeidjan de tweede plek pakken. Ook in 2022 bleef het bij wisselvallige resultaten. Sterker nog, het team wist nog minder punten te verzamelen dan een jaar eerder het geval was. De Britse renstal sloot het tweede opeenvolgende seizoen af op de zevende plek.

Toekomst

Het Formule 1-seizoen van 2022 was het laatste seizoen van Sebastian Vettel. De Duitser wilde meer tijd gaan doorbrengen met zijn gezin en besloot met pensioen te gaan. Fernando Alonso werd aangekondigd als zijn vervanger en zal zodoende in 2023 naast Lance Stroll plaats gaan nemen. Met een gloednieuwe fabriek en de tweevoudig wereldkampioen aan boord, lijkt Aston Martin de benodigde ingrediënten te hebben om de top te bereiken. Toch is het nog maar de vraag of het daadwerkelijk zo ver zal komen.

2023

In 2023 kon het team een enorme stap zetten tijdens de winterstop, waardoor het tijdens de eerste zes races regelmatig met Fernando Alonso op het podium stond. Lance Stroll had het wat lastiger, terwijl de auto tijdens de laatste zes races voor de zomerstop het ook steeds lastiger kreeg en er daarnaast met McLaren tijdens de laatste vier races een nieuwe concurrent bleek te zijn. Daardoor ging het puntenaantal dat per weekend gescoord werd tijdens de laatste drie raceweekenden flink naar beneden, met vooral teleurstellende weekenden in Groot-Britannie en Hongarije. Aston Martin heeft zich echter gemengd in de strijd om de podiumplekken, wat van 2022 naar 2023 al een flinke stap is om te zetten.

Gerelateerd

Ontdek het op Google Play