Kimi Raikkonen

Kulta: “Raikkonen wil niet dat er mensen bij hem in de buurt komen”

Jan Bolscher 23 jun 2020 07:58Dinsdag 23 juni 2020 07:58

Kulta: “Raikkonen wil niet dat er mensen bij hem in de buurt komen”

Kimi Raikkonen is een van de bekendste gezichten uit de Formule 1. De Fin draait al flink wat jaren mee en staat daarnaast bekend vanwege zijn unieke karakter. Dat het allemaal geen toneelstukje is, blijkt uit een anekdote van Heikki Kulta.

Kulta is een Finse sportverslaggever en volgt zijn landgenoot al sinds zijn eerste dag in de Formule 1 op de voet. Door de jaren heen heeft hij dan ook zijn eigen manier uitgevonden om met Raikkonen om te gaan zodra hij voor de camera staat. Het is namelijk geen geheim dat de 40-jarige coureur het niet zo op journalisten heeft: “De eerste keer dat ik erachter kwam dat Kimi niet wil dat mensen te dicht bij hem in de buurt komen, was tijdens een vrije training in Monaco, 2002,” vertelt Kulta tegenover Formula 1 Magazine. “Ik zat koffie met zijn vader te drinken toen Kimi zijn McLaren in de muur hing. De marshals renden naar hem toe en zijn vader zei gelijk: “Nu komen er problemen.”

Artikel gaat verder onder video

Kulta vervolgt: “Kimi houdt er niet van als vreemden te dicht bij hem in de buurt komen, maar toch gebeurt dat regelmatig. Een paar jaar later ontstond er een soortgelijke situatie toen hij vocht voor de overwinning in Duitsland. Hij vloog achterstevoren de muur in, maar reageerde woedend toen de marshals probeerden hem te helpen. Eerst dachten ze dat het door de emotie kwam omdat zijn overwinning in rook opging, maar later bleek dat hij precies wist wat hij deed.“

Het meest opmerkelijke moment dat Kulta van dichtbij heeft meegemaakt, kan hij zich nog goed herinneren. Het gebeurde in 2007, vlak nadat Raikkonen zijn eerste en enige wereldtitel had binnengesleept met Ferrari. Jean Todt – destijds teambaas bij de Italiaanse grootmacht – kwam op het podium en wilde hem omhelzen: “Hoe dichterbij Jean kwam, hoe verder Kimi het podium afliep,” vertelt de Fin. “Al is het wel de vraag of Jean zich er bewust van was en er mee liep te spelen.”