Charles Leclerc was zaterdag één van de grote tegenvallers tijdens de kwalificatie voor de Dutch Grand Prix. De Monegask, dit seizoen sowieso al niet al te gelukkig met zijn resultaten en acties, belandde met zijn Ferrari in de muur op Zandvoort. Hij moet dus vanaf P9 beginnen op zondag. De schuld ligt volgens hem bij de auto.
Opnieuw geen mooie middag voor Leclerc tijdens de hervatting na de zomerstop in Zandvoort. De man uit Monte Carlo leek het de hele kwalificatie al behoorlijk lastig te hebben. Met het nodige geluk en grote moeite wist hij ternauwernood Q1 te ontsnappen en uiteindelijk was ook de weg naar Q2 geen probleem voor de Ferrari-coureur. Uiteindelijk vond hij in Q3 zijn Waterloo, toen hij de controle over zijn rode wagen verloor en zijwaarts in de muur terechtkwam.
Moeilijk te besturen auto
Einde oefening en P9 dus. Leclerc weigert echter de hand in eigen boezem te steken na afloop. "Ten eerste is het één van die weekenden waarin de auto extreem moeilijk te besturen is", opent hij tegenover onder meer GPFans. "Sinds VT1 hebben we het moeilijk in bocht één, negen en tien. We hebben de auto volledig veranderd, maar er is eerlijk gezegd weinig wat ons in deze drie bochten kan helpen. In bocht negen en tien is er zo weinig grip, dat je de auto maar moet vertrouwen in de exit. Dat werkte niet mee, dus ik kwam uiteindelijk in de muur terecht."
Geen schuld bij het weer
Aan de verraderlijke omstandigheden lag het volgens Leclerc niet. "We hebben deze omstandigheden vaker gehad dit jaar en daar ben ik steeds comfortabeler mee. Daar ben ik oké mee", stelt hij. Het lag daadwerkelijk aan de bolide. "Het is gewoon de auto die dit weekend extreem moeilijk te besturen is. In de Formule 1 draait alles om anticiperen en het kennen van de balans die je in de bocht gaat krijgen. Op dit moment ga ik echter de bocht in en heb ik geen flauw idee of ik veel overstuur of veel onderstuur ga hebben. Dat maakt het zeer lastig voor ons. Het is tot nu toe een heel moeilijk weekend geweest."